Interview met Lotte de Jong, Zorg1
Een doorn in het oog voor veel praktijken is de verplichte administratie die komt kijken bij het uitoefenen van ons vak. Laten we eerlijk zijn, we besteden deze tijd liever aan het behandelen van onze cliënten. Ook het werken met de Zorg1 programma’s vraagt om dataverzameling. Veel van de bij Het Gezonde Net aangesloten praktijken werken met de zorgprogramma’s van Zorg1. Toch voelt de administratie die erbij komt kijken ook vaak als opgelegd. Wij hebben daarom aan Lotte de Jong, innovatie en kwaliteitsmanager Zorg1, gevraagd waarom deze gestructureerde wijze van dataverzameling nu zo belangrijk is voor praktijken? Wat kunnen praktijken er zelf mee en op welke manier helpt dit de fysiotherapiebranche?
Waarom is het verzamelen van data zo belangrijk?
“Door op een gestructureerde wijze data te verzamelen, kunnen wij als beroepsgroep echt feitelijke informatie gaan verstrekken over hoe een cliënt gemiddeld bij een fysiotherapeut binnenkomt en hoe die cliënt weggaat. Door dataverzameling maken we echt inzichtelijk wat de zorg voor de cliënt heeft opgeleverd. Dat is waardevolle informatie, zeker als we richting waardegerichte zorg en waardegedreven financiering willen. Je wilt weten wat de zorg waard is. Dat moet je dan in kaart brengen op een gestructureerde manier, door allemaal op dezelfde wijze data te verzamelen.”
Welke data verzamel je vanuit Zorg1?
“We hebben nu doelgroepspecifieke data, zoals nek, rug, schouder en artrose verzameld. Volgend jaar komt daar COPD bij. We verzamelen het aantal trajecten per profiel en de gegevens uit de meetinstrumenten bij de begin- en eindmeting van een traject. De minimale dataset van rug, nek en schouder. Die klinimetrie houden we zo minimaal mogelijk en die wordt afgestemd met landelijke netwerken zoals het Keurmerk, de KNGF richtlijnen, chronisch zorgnet etcetera. We stemmen het dus af zodat we geen onnodige extra data gaan vragen.”
“We behalen significante verbetering op zowel pijnniveau als op beperkingen”
Welke conclusies kun je trekken uit de beschikbare data?
“De klinimetrie die wij nu tot nu toe hebben verzameld is over ruim 15.000 lage rug trajecten in 2021. Zo kunnen we zien wat er gebeurt in de praktijk met de profielindelingen en zorgzwaartes, welke zorgzwaartes het meest voorkomen en in hoeverre de voorspelling juist is met het behandeltraject dat gegeven wordt. Dat is interessante informatie. Wat we zien is dat we over het geheel hoog scoren. Cliënten zijn erg tevreden en we behalen significante verbetering op zowel pijnniveau als op beperkingen. Dat betekent dat we daar als fysiotherapeut dus super goed werk doen. Dat is in principe geen nieuws, maar het is wel heel belangrijk dat we dat nu goed inzichtelijk kunnen maken.”
Wat kunnen praktijken met al deze verzamelde data?
“Praktijken werken met verschillende epd’s. Hierdoor kun je eigenlijk nooit goed benchmarken. Het afgelopen jaar hebben we besteed aan het bij elkaar voegen van al die data vanuit de verschillende epd’s om het goed en uniform met elkaar te kunnen vergelijken. Daar zijn we nu een dashboard voor aan het bouwen. We hopen hier nog dit jaar groen licht op te krijgen, in ieder geval voor het Zorg1 Rug Programma. Dan kunnen we alle praktijken, ongeacht met welk epd ze werken, geautomatiseerd met elkaar vergelijken. Dat is weer een belangrijke stap voorwaarts.”
Hoe helpt de verzamelde data de fysiotherapiebranche?
“Het doel met deze dataverzameling is dat we willen aantonen dat we als fysiotherapeuten echt waarde toevoegen aan de gezondheid van de cliënt. Dat we minder gaan kijken naar wat zijn de kosten die we maken en op basis daarvan een prijs formuleren, maar dat we gaan kijken naar onze waarde, en daar de prijs op gaan baseren. Dat is wat het oplevert.”
“Het Zorg1 Programmawerken stimuleert gesprekken over kwaliteit”
Waarom is het programmawerken volgens jou de toekomst?
“Bij het programmawerken krijg je een vaste vergoeding per programma in plaats van per zitting. Dit geeft praktijken de ruimte om zelf de inhoud samen te stellen van een behandeltraject. Hierbij ben je dan ook volledig vrij om je eigen marge te bepalen. Je krijgt een vaste prijs en daarbinnen ga je een programma inrichten. Dan kun je nadenken wat je als praktijk belangrijk vindt om in je programma aan te bieden. Hoe ziet jouw ideale traject eruit? Dit kun je vervolgens vormgeven en dan zit je niet meer vast aan één op één zittingen. Je hebt dan bijvoorbeeld ook veel meer mogelijkheden om gebruik te gaan maken van digitale middelen, die nu nog niet vergoed worden.”
Welke rol is er weggelegd voor digitalisering/zorg op afstand binnen het programmawerken?
“Het huidige zittingen systeem houdt digitalisering tegen. Als je een behandeling efficiënter wilt inrichten of een digitaal consult wilt gaan aanbieden, snijdt een praktijk zich financieel in de vingers. Het programmawerken moet dus ook zeker een motivatie bieden om meer digitaal te gaan doen. Vooralsnog komt digitalisering langzaam van de grond. Ik ben er eigenlijk wel verbaasd over hoe weinig het nog wordt toegepast. Ik ben zelf 36 en ik zou, als ik naar een fysiotherapeut ga, online een afspraak willen maken. Ook zou ik online de vragenlijsten alvast willen invullen en daarvoor niet naar de praktijk hoeven komen. Ik wil vanachter mijn computer of mobiele telefoon zoveel mogelijk kunnen regelen. Ik denk dat dat steeds meer van deze tijd is. Cliënten gaan hier zelf steeds meer om vragen. Het zou mooi zijn als wat meer praktijken hier al op anticiperen en juist de voordelen van digitalisering inzien.”
Hoe stimuleert het programmawerken multidisciplinaire samenwerkingen?
“Multidisciplinaire samenwerkingen worden alleen maar belangrijker, omdat je hiermee de cliënt een centrale rol geeft. Dat er om die cliënt heen wordt bedacht wat hij of zij nodig heeft, op welk moment en in welke vorm. We zijn nu aan het onderzoeken hoe we dat beter in onze programma’s kunnen inpassen. Dan denk je natuurlijk ook aan financiering over de lijnen heen, het ontschotten van al die financieringen. Daar zie ik ook een schone taak voor Zorg1. De multidisciplinaire productvergoeding wordt vermoedelijk wel een langdurig traject, maar het momentum is er. We zien overal om ons heen, in beleidsstukken en op overheidsniveau dat er aandacht voor is.”
Hoe kun je het programmawerken verwerken in de beloningsstructuur?
“Binnen de fysiotherapie heersen er verschillende beloningsstructuren. Wij kijken per praktijk hoe Zorg1 daarin het beste past. De meest voorkomende oplossing is dat er een vast uurloon wordt gecreëerd per therapeut. De tijd die de therapeut besteedt aan het traject wordt vergoed tegen dat uurloon. Kijkend naar de ontwikkelingen in de loonbekostiging van de fysiotherapie, gaan we hier ook naartoe.”
Waar lopen praktijken vooral tegenaan? Hoe helpt Zorg1 praktijken hiermee?
“Het vormgeven van de programma’s met alle middelen die er zijn, daarvan zien we dat praktijken dat lastig vinden. Het loslaten van het zittingen-denken is moeilijk. Je moet meer gaan nadenken in tijd. Wat doe je bijvoorbeeld in twee uur of in tien minuten. Die tijd kun je op veel verschillende manieren besteden. Hoeveel keer moet een cliënt daadwerkelijk langskomen. Daar begeleiden we praktijken bij door bijvoorbeeld een brainstormsessie te regelen met het team of met een klein groepje gespecialiseerde fysiotherapeuten dat programma uitwerken voor de hele praktijk. Dat kunnen we allemaal faciliteren.”
“Met betrekking tot digitalisering zien we dat praktijken er moeite mee hebben om online tools in te zetten, ook al is het qua financiering goed geregeld. Dat is ook iets waar Zorg1 in ondersteunt met e-learnings en gesprekken waarin we ook voorbeelden aanreiken.”
Hoe ziet volgens jou de toekomst van fysiotherapie eruit?
“Voor de fysiotherapie verwacht ik dat we met onze dataverzameling goed inzichtelijk maken wat we waard zijn, waardoor er een reëel bedrag tegenover komt te staan, waarbinnen we de toestroom van cliënten kunnen blijven behandelen. Om die toestroom aan te kunnen moeten we efficiënter gaan werken. We zijn met te weinig fysiotherapeuten en lopen tegen een enorme vergrijzing aan. Door de productvergoeding op een vast niveau te houden ga je niet terug in het financiële plaatje maar krijg je juist meer mogelijkheden. Hoe meer cliënten je ziet, hoe meer potjes geld je krijgt. En ik denk dat het heel belangrijk is voor de fysiotherapie om de juiste positie in de markt te verwerven. Waar zit de fysiotherapeut precies en waar zit de fitnesstrainer of leefstijlcoach. Wie doet nu wat. Dat is belangrijk om ook inzichtelijk te maken en aan de buitenwereld toonbaar te maken.”
“Ik denk dat over tien jaar de cliënt de centrale persoon wordt met een eigen systeem waarin die, bij welke zorgverlener hij ook komt, alles zelf kan regelen. Een eigen systeem waarin afspraak reminders staan, huiswerkoefeningen, de locatie waar je moet zijn, maar waarin je ook je eigen leefstijl en gezondheidsdata beheert en waarmee je direct in contact staat met je zorgverzekeraar en je zorgkosten kunt regelen. De cliënt wordt in de toekomst veel meer in staat gesteld om na te denken over zijn of haar eigen gezondheid en maakt hier weloverwogen keuzes in.”
Wil je Het Gezonde Net praktijken nog iets meegeven voor 2022?
“Data verzamelen is echt heel belangrijk voor de toekomst van de fysiotherapie en je eigen praktijk. Blijf het dus doen en voor diegenen die het nog niet doen: kom allemaal data verzamelen bij Zorg1. Hoe meer data we kunnen verzamelen hoe beter het is voor de hele fysiotherapie. Hoe eerder je daarmee begint hoe eerder je klaar bent voor de toekomst. Je hoeft niet direct met een productvergoeding te werken, maar ga wel al die data verzamelen. Dan krijg je inzicht in je praktijk.”
“Zorg1 heeft met alle zorgverzekeraars een goede relatie en we zijn met z’n allen aan het bouwen aan een nieuwe structuur. Wat Zorg1 goed voor ogen heeft is dat als we transparant worden dat we onszelf daar niet mee in de vingers snijden. Zorgverzekeraars moeten ons daar niet op afrekenen. Dat is de balans die we zoeken. Dat is waar we als Zorg1 op hameren bij alle zorgverzekeraars, dat we in een veilige omgeving dit met elkaar kunnen verkennen.”